Welke 6 kerncijfers nu écht tellen in een consignatiewinkel
- Cirquly
- 17 sep
- 4 minuten om te lezen

Als je een consignatiewinkel runt, dan weet je: het draait niet alleen om mooie spullen verkopen. Je moet ook goed snappen welke cijfers erachter écht belangrijk zijn. Want alleen naar je omzet kijken geeft je maar een deel van het verhaal.
In dit artikel neem ik je mee langs de kerncijfers die het verschil maken. Denk aan marges, doorverkoopsnelheid, welke merken goed lopen, en zelfs welke inbrengers je eigenlijk het meest waarde opleveren.
1. Marges op producten - kerncijfers consignatiewinkels
De marge is je belangrijkste graadmeter. Vaak denken winkeliers dat de commissie die ze houden hun winst is. Maar dat klopt niet: je moet ook je vaste kosten per product meerekenen.
Brutomarge = verkoopprijs – uitbetaling aan de inbrenger
Nettomarge = brutomarge – toegerekende kosten per product
👉 Slim rekenen met kosten:Stel, je vaste kosten (huur, personeel, marketing, software) zijn €6.000 per maand. Verkoop je in die maand 600 producten? Dan zijn je kosten per product €6.000 ÷ 600 = €10 per item.
Voorbeeld:
Verkoopprijs tas: €100
Inbrenger krijgt: €60
Brutomarge: €40
Kosten per product: €10
Nettomarge = €30
Zo zie je direct dat je niet €40, maar eigenlijk €30 verdient.
2. Sell Through Rate (STR)
De sell through rate (STR) zegt alles over hoe snel je voorraad doorloopt. Je rekent het zo uit:
STR = (aantal verkochte producten ÷ aantal ingebracht) × 100%
Een rekenvoorbeeld: je krijgt 200 items binnen in de maand maart. Na 30 dagen heb je er 120 verkocht. Dan is je STR(30) = 60%.
Het is slim om dit te meten op:
7 dagen → wat vliegt er meteen de deur uit?
30 dagen → wat is je gezonde doorlooptijd?
90 dagen → welke items blijven te lang hangen?
Een hoge STR betekent dat je collectie scherp staat. Is je STR laag? Dan zit het vaak in prijsstelling, kwaliteit of de verkeerde merken.

3. Welke merken, categorieën en prijssegmenten doen het goed in je consignatiewinkel
Niet elk product is gelijk. Sommige merken lopen als een trein, andere blijven hangen. Hetzelfde geldt voor categorieën en prijsklassen.
Merken: luxe merken brengen hogere marges, maar verkopen vaak langzamer. Mid-range merken gaan meestal sneller weg.
Categorieën: schoenen en tassen doen het vaak beter dan kleine accessoires.
Prijssegmenten: producten tussen €30 en €80 draaien vaak sneller, terwijl artikelen boven de €200 trager gaan maar méér opleveren per stuk.
👉 Tip: hou maandelijks bij welke categorie het snelst verkoopt én de hoogste nettomarge heeft. Zo kan je gericht bijsturen op de inbreng.

4. Prestaties van inbrengers
Niet alleen producten verschillen, ook je inbrengers. Sommige brengen topproducten die snel verkopen, anderen leveren vooral spullen in die blijven liggen.
Daarom is het slim om bij te houden:
Welke inbrengers de hoogste omzet opleveren.
Welke inbrengers structureel lage doorverkoop hebben.
Met die info kun je je toppers belonen (bijvoorbeeld met een iets hoger percentage) of bellen als je ruimte hebt in de winkel en anderen duidelijke criteria geven. Zo verbeter je stap voor stap de kwaliteit van je voorraad.

5. Nieuwe inbrengers
Nieuwe inbrengers zijn de brandstof voor groei. Het aantal nieuwe inbrengers per maand of kwartaal zegt veel over hoe aantrekkelijk je winkel is. Bovendien zien wij een duidelijke correlatie tussen de hoeveelheid inbreng en de omzet. Meer inbreng = meer rotatie = meer omzet.
Maar let op: het gaat niet alleen om aantallen, maar ook om kwaliteit. Trek je inbrengers aan die passen bij jouw doelgroep en prijspunt, of niet?
👉 Extra tip: zet een referral-programma op. Beloon vaste inbrengers die nieuwe mensen aanbrengen. Dat werkt vaak beter dan dure marketing.

6. Omzetgroei
Omzetgroei blijft natuurlijk belangrijk. Maar let op: hoge omzet is niet automatisch hoge winst. Daarom kijk je altijd naar omzet in combinatie met marges.
Handig om bij te houden:
Maand-op-maand groei → snel trends spotten.
Jaar-op-jaar groei → structurele vooruitgang zien.
Omzet per categorie → ontdekken waar de echte winst zit.
👉 Voorbeeld: een winkel zag 20% omzetgroei in een jaar, maar de nettomarge was gedaald. Pas toen ze beter gingen sturen op marges en STR, werd de winst écht groter.
Veelgestelde vragen (FAQ)
1. Wat zijn de belangrijkste kerncijfers voor een consignatiewinkel?Marges, sell through rate en prestaties van merken/inbrengers.
2. Hoe vaak moet ik mijn kerncijfers meten?Maandelijks is een must, wekelijks geeft je sneller grip.
3. Hoe kan ik mijn sell through rate verhogen?Door je prijzen sneller aan te passen, seizoensgebonden collecties te draaien en marketingacties slim in te zetten.
4. Hoe verbeter ik mijn marges?Door premium items aan te trekken, onnodige kosten te verlagen en pricing slimmer in te richten.
5. Wat doe ik met slecht presterende inbrengers?Wees transparant en geef feedback. Leg uit wat wél verkoopt en stel duidelijke criteria.
6. Welke tools kan ik gebruiken?Voorraad- en kassasystemen zoals Lightspeed of ResaleAI geven direct inzicht. Voor een start kan Excel voldoende zijn.
Conclusie
Een consignatiewinkel succesvol runnen gaat niet alleen om spullen verkopen, maar om de juiste kerncijfers snappen.
Als je marges, sell through rate, prestaties van merken en inbrengers, nieuwe instroom en omzetgroei structureel volgt, maak je betere beslissingen. Je weet niet alleen hoeveel je verkoopt, maar vooral waarop je echt verdient.












Opmerkingen